14 oktober 2006

... moet je B zeggen

Je hebt gelijk, Cremke. Daarom ga ik graag in op je vraag over de wet van de supercompensatie, misschien wel het belangrijkste principe in de trainingsleer.
Als je gaat hardlopen (of bij om het even welke andere fysieke inspanning) gaat ons lichaam heel wat energie verbruiken en dat veroorzaakt vanzelfsprekend een zekere vermoeidheid. We hebben dan een zekere tijdspanne nodig om hiervan te herstellen (door te rusten en onze energiereserves weer aan te vullen), en onze fysieke conditie terug te brengen tot het niveau van vóór de trainingsprikkel. Maar de menselijke fysiologie doet meer dan dat; het zal ons lichaam voorbereiden op een nieuwe oefenprikkel door het initiële prestatieniveau te overstijgen. Dit noemen we het fenomeen van de supercompensatie. Deze blijft slechts tijdelijk bestaan, want uiteindelijk zakt ons prestatievermogen terug naar het oorspronkelijke niveau.
Volgende grafiek maakt het nog duidelijker:



Wat kunnen we hier nu mee aanvangen? Wel, als je tijdens de fase van de supercompensatie een nieuwe trainingsprikkel zal geven, dan zal je conditie progressief toenemen.
Deze grafiek kan ons ook het fenomeen van de overtraining verklaren. Wanneer ons lichaam aan een nieuwe belasting onderwerpen, nog voor de fase van het herstel voltooid is, dan gaat dit aanleiding geven tot prestatiedaling, en uiteindelijk tot overtraining (en blessures!).
In een nieuw grafiekje: a) prestatieverbetering b) prestatiedaling


Vandaar dat er in een goed trainingsschema een perfecte wisselwerking moet zijn tussen inspanning en rust. Het vraagt heel wat ervaring, en mag gerust een kunst genoemd worden, om iemand op het juiste moment een nieuwe prikkel te geven, en dan nog van de juiste intensiteit.

Hehe, heel theoretisch allemaal, maar wel elementair. Ik wil er graag nog een voorbeeld van supercompensatie aan toevoegen. In een goed trainingsschema herken je een zekere periodeplanning, vaak is dit volgens een 3:1 cyclus. Na 3 opbouwweken (in volume (aantal km/week) en intensiteit), wordt er vervolgens een week relatieve rust ingebouwd. Deze relatieve rust laat ons toe om voldoende te herstellen van de eerder geleverde inspanningen, en zo komen we tot een "supercompensatie" en dus een prestatietoename. Dan kunnen we er opnieuw een cyclus van 4 weken aan vast plakken, waarin het volume en de intensiteit weer iets hoger komen te liggen, met minder risico op overbelasting.

Om volledig te zijn, alle basisprincipes van het trainingsproces op een rijtje;

  • principe van de supercompensatie
  • overload principe en principe van verminderde meeropbrengst
  • principe van de specificiteit
  • principe van de omkeerbaarheid
  • principe van de individuele verschillen

Misschien dat we het daar later nog wel eens over hebben, ok Cremke?

1 opmerking:

Cremke zei

Heel goed uitgelegd. Ik versta de theorie al. Maar het toepassen zou ik niet weten hoe er aan te beginnen, omdat ik de (mijn) curve niet ken. En omdat je waarschijnlijk de theorie kunt toepassen op iedere training afzonderlijk, maar ook over een groep (redenering 3:1 week). Ben pas gestart op 22/6 en heb enorme vooruitgang geboekt. Tot dusver ok. Hopelijk door een goed getimde overcompensatie hè.